(c) Agnes Pirlot

André Eve, een geniale rozenkweker

André Eve, een geniale rozenkweker

Rozen veredelen gaat altijd gepaard met een vleugje geheimzinnigheid. Met informatie over kleuren en geuren wordt behoedzaam omgesprongen…

En soms leidt al die geslotenheid tot de geboorte van een nieuwe ster die dan in de catalogus van de rozenkweker wordt opgenomen. Een liefdesverhaal, verteld door André Eve, een schepper van rozen.

De vader van André Eve kweekte rozen in de omgeving van Parijs. André verliet de school in 1944. Hij was toen 13 jaar. Hij volgde een schriftelijke cursus aan de Ecole Nationale d’Horticulture (Nationale Tuinbouwschool) te Versailles, liep stage bij Vilmorin en belandde in 1958 in Pithiviers, in het departement van de Loiret, om daar de zaak van rozenkweker Marcel Robichon over te nemen. Het beroep van kweker sprak hem wel aan en zette hem aan het dromen. Zijn leermeester wijdde hem in in de geheimen rond hybridisatie en toonde hem de resultaten van zijn onderzoeken, toegespitst op geurende en rankerige doorbloeiende rozen. André maakte zich vertrouwd met het werk in de kwekerij en het enten van rozelaars op de naburige velden. In de kwekerij bevonden zich alleen moederplanten en te beoordelen zaailingen. Wanneer de zomer naderde, dacht hij aan de rozen die hij zou willen kruisen en stelde zich de mogelijke resultaten voor. Op dat moment voelde hij zich een leerling-tovenaar.

Droomjob

Het creëren van rozen gaat gepaard met een hele rist onvergetelijke emoties. In de natuur gebeurt het kruisen van rozen willekeurig. De planten binden met elkaar de strijd aan op het gebied van vindingrijkheid en gebruiken de meest gesofisticeerde make-uptechnieken om de bestuivende bij naar zich toe te lokken. In een rozentuin neemt de veredelaar de plaats in van de bij. Hij gaat bij de bestuiving even zachtaardig en nauwgezet tewerk. Tussen de eerste en de laatste stap van het veredelingsproces legt de roos een lange weg af. We spreken hier van een periode van een tiental jaar. Tijdens deze periode worden geduldig vele selecties uitgevoerd vooraleer een nieuwe rozenvariëteit in de catalogus van een rozenkweker kan worden opgenomen. Voor het creëren van een nieuwe roos is de keuze van de ouderplanten van primordiaal belang: zij moeten over bepaalde eigenschappen beschikken waardoor het veredelen interessant wordt. Er wordt beweerd dat de roos die als moederplant wordt gekozen, aan haar nakomelingen groeiwijze en groeikracht, bladeren en resistentie tegen ziekten doorgeeft. En dat het stuifmeel van de rozelaar die als vaderplant wordt uitgezocht, de schoonheid, geur en kleur van de bloem bepaalt. Maar de realiteit is niet zo eenvoudig. Elke rozelaar heeft zijn stamboom die rigoureus up-to-date wordt gehouden: een eigenschap verdwijnt nooit en kan bij een toevallige bestuiving de kop opsteken.

 

Lees het volledige artikel in het meinummer van Fence.


Het huwelijk wordt voltrokken in het begin van de zomer

De bloem van de geselecteerde mannelijke plant wordt ontdaan van haar bloemblaadjes. De kweker verzamelt zorgvuldig met behulp van een penseeltje het stuifmeel van de meeldraden. Nadat met een schaartje de bloemblaadjes, kelkblaadjes en meeldraden van de vrouwelijke roos zijn verwijderd, moet alleen nog het stuifmeel, het zaad van de mannelijke bloem, op het lichtjes oneffen en vochtige oppervlak van de stamper van de moederplant worden aangebracht. De bevruchte bloem krijgt een puntvormig hoedje opgezet om ze tegen bezoekende insecten en ongewenste bestuiving te beschermen. Dit papieren kapje blijft tijdens de hele ontwikkelingsfase en de periode waarin de bottels en zaden dikker worden op elke vrouwelijke bloem staan. In de herfst kleuren de vruchten rood en worden ze zwaarder onder het gewicht van hun schatten. Een bevruchting levert honderden zaden op die zijn zoals kinderen: allemaal verschillend maar geboren uit dezelfde ouders. De zaden in de vruchten worden in december in schalen gezaaid, in een serre geplaatst en in het volgende voorjaar uitgeplant.

250.000 zaailingen voor 10 variëteiten

Gedurende maanden en jaren observeert André het gedrag van zijn rozen, hun resistentie, vorm, houding en kleur van de bladeren, alle ontwikkelingsstadia van de bloemen en nadien de vruchten. De rozelaars moeten moeilijke omstandigheden kunnen doorstaan zonder daarbij aan schoonheid en elegantie in te boeten. Hier speelt het instinct van de veredelaar een belangrijke rol. Door zijn jarenlange ervaring en kennis van rozen kan hij het onverwachte, de te oogsten en te kweken schoonheid herkennen. André is euforisch wanneer hij zijn eerste creaties selecteert en voelt zich als een trotse vader wanneer hij zich op de naburige velden de rijen rozen inbeeldt die binnenkort de wereld zullen veroveren. Van de 250.000 uit zaad geteelde planten worden uiteindelijk slechts een tiental variëteiten uitgekozen die wereldwijd zullen verkocht worden. Rozen veredelen vraagt dus eindeloos veel geduld, van de bestuiving tot de selectie van de rozen, voor het glorievolle moment van de creatie van een nieuwe variëteit en van de wereldwijde commercialisering ervan aanbreekt.

André Eve, een schepper

De eerste creatie van André Eve dateert van 1968 en draagt de naam ‘Sylvie Vartan’. Deze zachtgeurende, felroze polyantha roos is nog steeds opgenomen in de catalogus. Deze roos ligt ook aan de basis van tal van nieuwe variëteiten zoals Rosa ‘Prestige de Bellegarde’ met dikke trossen felrode halfdubbele bloemen, wat kenmerkend is voor “oude” rozen. In 1972 ziet Rosa ‘Red Parfum’ het levenslicht, een prachtige klimroos met fluweelachtige, granaatrode bloemen met een bedwelmende geur. Dit is een van de lievelingsbloemen van André. Van zijn vele creaties noemt hij ook nog de geurende rozen ‘Sophie’ en ‘Sandrine’, die de voornaam dragen van zijn twee dochters, en de krachtig groeiende liaanrozen ‘Suzon’, ‘Suzy’ en ‘Suzette’ met takken van ruim tien meter lang. In 2000 creëerde hij ‘Miss Lorraine’, een schitterende, snoeproze dubbelbloemige roos. Deze rozelaar werd tijdens de rozenwedstrijd in 2002 bekroond met de medaille van de stad Orléans. Een van zijn laatste creaties is Rosa ‘Théo’, een sterk groeiende en nabloeiende klimroos, die naar zijn kleinzoon is genoemd.

Herontdekking van oude rozentuinen

In 1980 legde André Eve achter zijn woning in een buitenwijk van Orléans een fabelachtig mooie tuin met oude rozen aan. Tien are, volledig in de lengte, enigszins een wirwar door de overvloed aan rozen, struiken en winterharde planten, maar perfect onderhouden. Deze bescheiden maar magische tuin kreeg de voorbije 30 jaar meer dan 50.000 bezoekers over de vloer, en tamelijk grote namen: ons voormalig koningspaar Albert en Paola, Catherine Deneuve, Alain Delon, maar ook gerenommeerde rozenkwekers zoals de Engelsman Peter Beales en tal van verenigingen van rozenliefhebbers. André houdt van deze diversiteit en ontvangt al zijn gasten met dezelfde natuurlijke, soms onthutsende flair. Het succes van de oude rozentuinen gaat in stijgende lijn. Hij creëerde een tentoonstellingstuin in Morailles waar de grote lijnen en de geest van zijn privétuin terug te vinden zijn. In 2000 werd de onderneming verkocht aan een dochtermaatschappij van Truffaut. Nu hij 80 jaar en nog wat is, reist André Eve de wereld rond, geeft hij voordrachten en bestudeert hij hoe oude rozentuinen terug in hun oude glorie van weleer kunnen hersteld worden. Hij is en blijft de beste ambassadeur van zijn eigen label en bekijkt het leven nog steeds van de rooskleurige kant.

Een wereld van rozen
Rozentuin André Eve, Rue André Eve 1, Z.A. Morailles, 45300 Pithiviers-le-Vieil (Loiret).

www.roses-anciennes-eve.com

 

%d bloggers liken dit: